Soms heb je nood aan een gesprek. Maar je weet even niet waar je allemaal terecht kan. Klik dan op deze link en je zal snel je weg vinden.
Jong en oud zitten soms met bepaalde gedachten. Men wil er niet met iedereen over praten, of men durft dit niet tegen bekenden. Dan kan je altijd beroep doen op een hulplijn. Deze zijn anoniem en luisteren graag naar je.
https://zorgenvoormorgen.be/hulplijnen

AUM NAMASTE BOEDDHA BRUNO
Om Shanthi,
spiritueel en het aardse moet men kunnen verbinden
AUM MANI PADME HUM
Deze zijn misschien belangrijk voor mijn Nederlandse lezers en die ook nood hebben aan een gesprek.
https://www.ze.nl/artikel/249289-eenzaam-lockdown-
Aum Shanthi
Aantal oproepen naar hulplijnen in 2020 enorm gestegen
Een pak meer Vlamingen namen in 2020 contact op met Tele-Onthaal, 1712, Nupraatikerover.be, CAW en JAC, Stop it Now! en de Druglijn. Enkel 1813, de zelfmoordlijn, kende het afgelopen jaar geen stijging. Dat blijkt uit cijfers die Vlaams minister van Welzijn en Volksgezondheid Wouter Beke (CD&V) bij de diverse initiatieven heeft opgevraagd.
Beke heeft op de stijging geanticipeerd en tijdens de coronapandemie heel wat hulplijnen laten versterken. Het effect van de coronacrisis op het mentale welzijn van Vlamingen was echter groter dan verwacht: zes van de hulplijnen werden in 2020 door heel wat meer Vlamingen gecontacteerd dan tijdens de jaren ervoor.
Tele-Onthaal, de hulplijn die dag en nacht wordt bemand door opgeleide vrijwilligers, werd tot 15 december 2020 door 132.467 Vlamingen gecontacteerd via telefoon (+13,4 procent) of chat (+24,9 procent). Dat is een toename van bijna 15 procent in vergelijking met 2019. Er werd geen verschuiving opgemerkt in de thematiek van de gesprekken: net als in 2019 gingen die voornamelijk over relaties, gezondheid en eenzaamheid.
Bij 1712 kunnen Vlamingen via telefoon, chat of mail terecht voor vragen over geweld, misbruik of kindermishandeling. Vorig jaar deden 11.171 mensen een beroep op 1712 tegen 7.402 oproepen in 2019. Dat is een stijging met 66 procent. De toename wordt gedeeltelijk verklaard door de gestegen bekendheid van 1712, want ook al voor maart 2020 waren er hogere cijfers. De sterke stijging vanaf april mildert ook hier in de zomermaanden,
Nupraatikerover.be, dat zich vooral op kinderen en jongeren richt, hielp in 2020 914 minderjarigen via chat, tegenover 601 in 2019. Dat is een stijging van 52 procent. Ook het aantal telefoongesprekken nam met 35 procent toe. Opvallend is dat de pieken in april en oktober heel duidelijk samenvallen met een verstrenging van de maatregelen. De meeste oproepen gingen over seksueel geweld (22 procent), emotionele (20 procent) en fysieke mishandeling en verwaarlozing (18 procent).
Naast de permanente hulp via telefoon, chat of mail, bieden het CAW en het JAC ook fysieke hulpverlening. Die viel volledig weg tijdens de eerste lockdown. Dat leidde in de maand april tot een piek van 1.470 chatgesprekken bij het JAC en 792 bij het CAW. Mits wat aanpassingen kon de fysieke hulp tijdens de tweede lockdown wel doorgaan, wat voor een minder grote stijging zorgde.
Het aantal oproepen van Stop it Now!, de hulplijn die mensen met pedofiele gevoelens en hun naasten ondersteunt, kende zowel in de eerste als de tweede lockdown een stijging van circa 30 procent tegenover 2019. Twee vaststellingen springen bij die evolutie extra in het oog. Het is opvallend dat er in beide lockdowns telkens pas na de eerste twee weken een stuk meer oproepen kwamen. Bovendien is het opmerkelijk dat in 2020 meer mensen contact opnamen die bezorgd waren over hun naasten, terwijl het in 2019 vooral ging over personen die bezorgd waren over hun eigen gevoelens.
Ook bij de Druglijn werd een stijging in het aantal oproepen vastgesteld. Een analyse van de duur van de contacten maakt duidelijk dat de Druglijn door de impact van de coronacrisis met meer crisissituaties, emotionele noden en expliciete hulpvragen te maken kreeg dan ooit voorheen. Zo was de gemiddelde duur van een chatgesprek tijdens de eerste lockdown dubbel zo hoog dan in de periode daarvoor.
Bij 1813 was er vorig jaar geen stijging van het aantal oproepen. De zelfmoordlijn kon een groter aandeel oproepen zelf behandelen door bijkomende vrijwilligers. Het aantal automatische doorschakelingen naar Tele-Onthaal, wanneer de lijn bezet is, van oproepers voor 1813 nam af.
Minister Beke kondigt aan dat hij verder in de hulplijnen wil investeren. “Via het actieplan ‘Zorgen voor Morgen’ zal nog 1,5 miljoen euro besteed worden aan het versterken van de hulplijnen. Over de invulling van dat budget zijn we nog in gesprek, maar ik kan alleen maar oproepen om elkaar niet los te laten”, klinkt het.
BRON: https://www.hln.be/nieuws/live-aantal-oproepen-naar-hulplijnen-in-2020-enorm-gestegen-gems-virologen-krijgen-voortaan-vergoeding-br~a2203703/
Hoe het is om bij de Kindertelefoon te werken tijdens een uitzichtloze crisis
“Ik maak me zorgen. Ik zou graag willen zeggen: ‘Het komt goed, er komt een einde aan corona.’ Maar dat kan niet, want ik weet het niet.”
Maarten is 22 en werkt als vrijwilliger bij de Kindertelefoon. Hij wordt gebeld en gechat door kinderen tussen de acht en achttien jaar. Sinds de maatregelen zijn aangescherpt ziet de Kindertelefoon het aantal kinderen en jongeren dat belt toenemen. Maarten vertelt erover aan VICE.
“Sinds de coronacrisis zijn de gespreksonderwerpen anders. Eerst gingen de meeste gesprekken over tastbare zaken zoals verliefd zijn, school, pesten en vriendschap. Maar nu gaan de gesprekken steeds vaker over persoonlijke problemen zoals eenzaamheid, verveling en sombere gedachten. Een logisch gevolg van de lockdown, want school, vrienden en andere afleidingen zijn weggevallen. Ze vervelen zich, en voelen zich vaker alleen.
En dat merken we ook aan de hoeveelheid telefoontjes en chats die we binnenkrijgen: van zo’n 1100 gesprekken per dag naar gemiddeld 1500. Normaal gesproken kwam het nog weleens voor dat ik tussen twee gesprekken door even niets te doen had, maar dat is al maanden niet meer zo.
We krijgen bijvoorbeeld meer telefoontjes over huiselijk geweld. Jongeren die merken dat de sfeer thuis gespannen en akelig is omdat iedereen op elkaars lip zit, bellen ons op. Eerst konden ze de barre sfeer thuis natuurlijk ontlopen door iets met vrienden te doen, of naar school te gaan. Ook jongeren vanaf een jaar of veertien nemen vaker contact op. Ik heb het gevoel dat zij meer last hebben dan de jongere kinderen, omdat ze voor de lockdown al zelfstandiger waren, en een eigen netwerk van vrienden hadden.
Sinds de tweede lockdown is er een extra toename te zien in het aantal jongeren en kinderen dat contact opneemt vanwege depressie, eenzaamheid en gedachten aan zelfdoding. Tijdens de eerste lockdown werd er gemiddeld 16 keer per dag gebeld of gechat door kinderen met suïcidale gedachten, nu is dat 21 keer. Volgens mij omdat de eerste lockdown minder streng was. Er was geen avondklok en er mochten meer mensen op bezoek komen. Maar ook: de situatie voelde tijdens de eerste lockdown nog nieuw. Het duurt inmiddels erg lang, en ze beseffen zich dat het waarschijnlijk nog veel langer gaat duren. Ze voelen zich down, en maken zich zorgen om de toekomst.
Het is trouwens niet zo dat kinderen alleen nog maar over de zwaarste onderwerpen bellen. Er zijn best wat kinderen die opbellen omdat ze hun vrienden missen, of om over iets heel gewoons te praten. Laatst belde een jongen die heel graag een voetbalwedstrijd wilde bespreken, maar simpelweg niemand had om dat mee te doen.
Als je je naar voelt, praat erover, is ons advies. Met wie dan ook. Dat lucht op. Maar met iemand praten is opeens óók een stuk lastiger geworden. Ik sprak een paar dagen geleden nog een meisje dat voorheen gesprekken had met haar mentor over haar thuissituatie, maar dat nu mist omdat ze op school niet meer naar hem toe kan gaan. De drempel om een mailtje te sturen is te groot.
Ik maak me zorgen. Ik heb steeds vaker gesprekken over somberheid, suïcide en eenzaamheid. Dat er weinig perspectief is, maakt het lastig. Ik zou graag willen zeggen: “Het komt goed, er komt een einde aan corona.” Maar dat kan niet, want ik weet het niet. Ik probeer daarom altijd een lichtpuntje te vinden binnen de huidige maatregelen. Dan vraag ik naar hobby’s, dingen die eraan zitten te komen, waar ze goed in zijn of dingen die ze vroeger leuk vonden, voordat ze sombere gedachten kregen.
gezondheid
De politiek zou meer moeten doen voor deze jongeren. Zeker nu ook uit cijfers blijkt dat het niet goed gaat. Er zou op scholen bijvoorbeeld extra aandacht aan kunnen worden besteed, want veel kinderen weten niet wat ze moeten doen als ze ergens mee zitten. Het zou een goed idee zijn om ouders en leerkrachten cursussen aan te bieden over hoe ze hierover met kinderen moeten praten. Want dat gebeurt te weinig.
Niemand weet wat de gevolgen zijn voor de mentale gezondheid van jonge mensen als deze situatie nog langer aanhoudt. Ik weet niet eens wat dit op de lange termijn voor mezelf betekent. Ik mis mijn vrienden ook. Ik ben ook jong. Vaak maar een paar jaar ouder dan de kinderen waarmee ik praat. Ik begrijp hun gevoelens goed. Maar hoewel jonge mensen natuurlijk een omgeving horen te hebben waar zo min mogelijk zorgen zijn, scheelt het dat ze erg veel veerkracht hebben. In gesprekken komen ze vaak zelf met oplossingen voor hun problemen.”
Voel je je eenzaam of somber? Op de website van de kindertelefoon https://www.kindertelefoon.nl/ kun je praten met leeftijdsgenoten en het telefoonnummer vinden.
BRON: https://www.vice.com/nl/article/epdk9j/hoe-het-is-om-bij-de-kindertelefoon-te-werken-tijdens-de-uitzichtloze-coronacrisis
Men ziet dus ook in Nederland een stijging door deze problematiek waar we nu in leven.
Aum Shanthi
Waar je terecht kan als jongere.
https://overkop.be/wat-overkop
Aum Shanthi
Dat kan ook wel eens een belangrijke zijn.
http://www.allesoverpesten.be
Aum Shanthi
Als men te maken krijgt met wraakporno kan deze site je misschien helpen.
https://igvm-iefh.belgium.be/nl
Slachtoffer van wraakporno? Dit platform helpt jou de beelden offline te halen
Wereldwijd worden miljoenen vrouwen er slachtoffer van: wraakporno. Hun naakte of seksueel getinte beelden worden zonder toestemming getoond of verspreid. Naar aanleiding van Safer Internet Day vandaag zet het Instituut voor gelijkheid van vrouwen en mannen een nuttig platform in de schijnwerpers: ‘Stopncii’, dat slachtoffers helpt om ongewenste beelden te blokkeren en de verspreiding ervan te beperken of te voorkomen.
Aum Shanthi
Zo kan je iemand met zelfmoordgedachten herkennen én helpen. “Bied geen kant-en-klare oplossingen aan”
Spreken over mentale problemen is nog steeds een taboe. Dat is problematisch, want België behoort tot de landen met de hoogste suïcidecijfers van Europa: alleen in Vlaanderen overlijden drie personen per dag aan zelfmoord. Expert Kirsten Pauwels legt uit hoe de omgeving alarmerende signalen kan opvangen, hoe je écht goed kunt luisteren en iemand met donkere gedachten kunt helpen.
“De vraag die ik vandaag het vaakst krijg, is of het aantal zelfmoorden gestegen is de afgelopen twee jaar”, steekt Kirsten Pauwels, directeur van het Centrum ter preventie van zelfdoding, van wal. “Volgens de voorlopige cijfers is dat niet het geval. Maar we blijven de situatie nauwlettend opvolgen. We weten namelijk dat de coronacrisis een uitdagende periode is op mentaal vlak, door isolatie en eenzaamheid, ziekte en financiële moeilijkheden. Onze rugzak wordt alleen maar zwaarder. En we weten ook dat er doorgaans een lang proces voorafgaat aan een zelfmoordpoging. De impact zal dus later pas duidelijk worden.”
Mensen moeten beseffen dat het oké is om hulp te vragen én dat praten ook echt helpt.
Kirsten Pauwels
“We hebben de laatste jaren wel erg grote stappen gezet op vlak van preventie. Ook campagnes zoals ‘Te Gek!?’ en artikels zoals deze helpen om mentale zorg bespreekbaar te maken. We zouden net zo makkelijk in therapie moeten gaan wanneer we kampen met mentale pijn dan wanneer we rugklachten hebben en een kinesist raadplegen. Naar een psycholoog stappen is echter nog steeds een erg groot taboe. Er wordt nog te vaak meewarig op gereageerd. Mensen moeten beseffen dat het oké is om hulp te vragen én dat praten ook echt helpt.”
De cijfers
• Er worden in Vlaanderen 25 zelfmoordpogingen per dag geregistreerd.*
• 15 procent van alle Vlamingen overweegt ooit zelfmoord.
• In Vlaanderen overlijden 3 personen per dag aan zelfmoord.
• Vrouwen ondernemen vaker een poging dan mannen.
• Mannen overlijden vaker aan zelfmoord. Mannen zoeken minder makkelijk hulp, praten moeilijker over problemen én de methodes die mannen gebruiken zijn doorgaans dodelijker.
• In 2018 overleden in Vlaanderen 984 personen aan suïcide, onder wie 725 mannen en 259 vrouwen.**
• Tussen 2000 en 2018 is het aantal zelfmoorden in Vlaanderen gedaald met 26 procent.
• In de voorlopige cijfers (nationaal en internationaal) van 2020 en 2021 (= volle coronaperiode) zien we geen stijging van het aantal zelfdodingen.
• België behoort tot de landen met de hoogste suïcidecijfers van Europa.
* Niet elke zelfmoordpoging wordt geregistreerd, dus het eigenlijke aantal ligt hoger.
** Ook dit is een onderschatting, aangezien de doodsoorzaak bij een overlijden soms moeilijk te bepalen is.
Herken de signalen
Kirsten Pauwels: “Het is belangrijk dat donkere gedachten snel worden opgepikt zodat mensen met zelfmoordgedachten tijdig de nodige hulp krijgen. Deze signalen in je omgeving mag je niet zomaar negeren.”
1. Sterke gedragsveranderingen
Bijvoorbeeld: plots roekeloos gedrag vertonen, niet meer slapen, overmatige alcoholconsumptie …
2. Isolement
Zich volledig afsluiten van de omgeving.
3. Negatieve emoties en stemmingswisselingen
Hopeloosheid, angst, boosheid, verdriet… Niet goed in zijn/haar vel zitten.
4. Verbale boodschappen
Wanneer iemand aangeeft dat het niet meer gaat, dat het niet meer hoeft.
5. Afscheid nemen
De indruk geven om afscheid te nemen van dierbaren door bijvoorbeeld materiële zaken weg te schenken.
Praat en zorg voor hulp
“Het is belangrijk om een onderscheid te maken tussen denken aan zelfdoding en ook echt iets met die gedachte (willen) doen. Op bepaalde momenten is het helemaal niet zo vreemd dat mensen denken: wat doe ik hier eigenlijk nog? Maar het is van cruciaal belang dat we openlijk over die gedachten gaan spreken, zodat we kunnen voorkomen dat mensen ze omzetten in acties”, vertelt Pauwels. “De omgeving is van groot belang bij het signaleren van zelfmoordgedachten en bij het doorverwijzen naar professionele hulp. Op deze manier kan jij het verschil maken.”
DO
• Benoem het onderwerp: ‘Betekent dit dat je aan zelfdoding denkt?’ We voelen schroom om deze vraag te stellen, maar ze is cruciaal. Het is de enige manier om het te weten te komen.
• Luister onbevooroordeeld.
• Erken gevoelens van verwarring, pijn, wanhoop. Die gevoelens zijn er en ze mogen er ook zijn. Geef aandacht aan die negatieve gevoelens.
• Daal mee de put in. Toon begrip, wees empathisch. Pas wanneer mensen zich begrepen voelen, kan er geleidelijk aan ruimte ontstaan om lichtpuntjes te zien.
• Laat weten dat je er voor hem/haar bent, maar moedig ook aan om professionele hulp te zoeken. Dat kan bij een therapeut, maar evengoed via de huisarts.
DON’T
• Minimaliseer niet. Zeg niet: ‘Kom op, herpak je, zo erg is het allemaal toch niet?’ Besef dat jij – vanuit een gezonde ingesteldheid – anders naar het leven kijkt.
• Dring je eigen verhalen niet op. Wat jij hebt meegemaakt, is niet hetzelfde. Wat voor jou werkt, werkt niet voor een ander.
• Bied geen kant-en-klare oplossingen aan. Eens gaan wandelen, een bad nemen, op vakantie gaan … Dat zijn zaken die alleen helpen wanneer je een dip hebt én een gezonde ingesteldheid. Besef dat deze mensen dit stadium al lang gepasseerd zijn.
Stromae
“Getuigenissen in de media zijn belangrijk”, benadrukt Pauwels nog. “Wanneer iemand na een moeilijke periode openlijk vertelt over de donkere gedachten waarmee hij of zij geworsteld heeft, dan zorgt dat voor herkenbaarheid – ik ben niet alleen – en het biedt hoop en perspectief – misschien raak ík ook wel uit die put. Iemand zoals Stromae, die in de song ‘L’enfer’ zijn depressie en suïcidale gedachten blootlegt, die maakt het thema zelfdoding bespreekbaar en kan op die manier levens redden.”
“Zelfdoding komt trouwens voor in alle sociale klassen, bij alle leeftijden en bij beide geslachten. Wel zijn er risicofactoren: psychologische factoren zoals de mate van veerkracht die een persoon bezit, sociale factoren zoals de confrontatie met verlies, biologische factoren zoals een genetische aanleg voor depressie en ook omgevingsfactoren spelen een rol: hoe staat de directe omgeving bijvoorbeeld tegenover het zoeken van hulp? We vullen onze rugzak met verschillende van die factoren en de inhoud van die rugzak maakt dat de ene persoon kwetsbaarder is dan de andere.”
Investeren in mensenlevens
Behalve het normaliseren van psychologische hulpverlening is het ook belangrijk dat mentale zorg toegankelijk en betaalbaar is én er moet voldoende capaciteit zijn om mensen in nood op te vangen. Sinds september vorig jaar heeft iedereen in België recht op betaalbare psychologische zorg. Volwassenen hebben recht op 8 rechtstreeks terugbetaalde sessies, waarbij ze zelf 11 euro betalen per individuele sessie en 2,5 euro per groepssessie. De overheid past de rest bij. Sinds 1 januari 2022 hoef je daarvoor niet langer eerst langs de huisarts voor een doorverwijzing naar een klinisch psycholoog.
Let wel op: voor terugbetaalde sessies moet deze psycholoog aangesloten zijn bij een regionaal netwerk voor geestelijke gezondheidszorg dat een overeenkomst sloot met het RIZIV.
Voor dit project maakt de overheid 151 miljoen euro vrij, wat vier keer meer is dan voordien maar nog steeds veel minder is dan de 300 miljoen euro die volgens diverse studies nodig is.
Nood aan een gesprek?
Heb je zelf een zelfmoordpoging ondernomen of overwogen? Wil je graag in contact komen met lotgenoten? Check dan de Facebookpagina: Nazorg en herstel na Zelfmoordpoging. Denk je aan zelfdoding of heb je nood aan een gesprek? Wie met vragen zit over zelfdoding, kan terecht bij de Zelfmoordlijn op het gratis nummer 1813 en op de website zelfmoord1813.be.
BRON: https://www.hln.be/gezond-en-gelukkig/zo-kan-je-iemand-met-zelfmoordgedachten-herkennen-en-helpen-bied-geen-kant-en-klare-oplossingen-aan~a9b4e6be/
Luisteren kan al heel belangrijk zijn.
Aum Shanthi
193 slachtoffers per maand: steeds meer verkrachtingen gemeld door steeds jongere slachtoffers
Het afgelopen jaar heeft een recordaantal slachtoffers van seksueel geweld zich gemeld. Dat blijkt uit de meest recente cijfers van de Zorgcentra na Seksueel Geweld die Het Laatste Nieuws kon inkijken. Het gaat om maar liefst 193 slachtoffers per maand. Opvallend ook: de slachtoffers worden steeds jonger. Al meer dan een op de drie mensen die zich melden, is minderjarig. “Dit is zorgwekkend.”
Wat is er aan de hand in ons land? Het aantal meldingen van verkrachtingen bereikte afgelopen jaar een piek. Zo meldden zich in 2020 nog 86 slachtoffers per maand in de Zorgcentra na Seksueel Geweld. Die Zorgcentra worden sinds 2017 in een aantal ziekenhuizen aangeboden om slachtoffers van seksueel geweld bij te staan. In de eerste helft van 2021 liep het aantal meldingen daar op tot 128 per maand, om in de tweede helft te pieken op 193 meldingen per maand. Het overgrote deel van de meldingen, zo’n 65 procent, gaat over verkrachtingen.
Moeten we ons nu zorgen maken? “Op zich denken we niet dat er meer seksueel geweld is dan vroeger”, zegt Liesbet Stevens, adjunct-directeur van het Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen. “De stijging is voor het grootste deel te wijten aan het feit dat er steeds meer zorgcentra openen en dat de bekendheid van die centra groter wordt. Daar kunnen we dus alleen maar blij om zijn.”
“Klopt”, zegt ook Wim Van de Voorde, de Vlaamse coördinator van de hulplijn 1712. “Wanneer een slachtoffer belt naar 1712 wijzen we ook consequent door naar de zorgcentra. Maar vergis je niet: de cijfers zijn sowieso erg hoog in ons land. Studies tonen aan dat 1 op de 5 vrouwen en 1 op de 20 mannen verkrachting meemaakt tijdens zijn of haar leven. Dat is een ongemakkelijke waarheid.”
Minderjarigen
En dat geldt ook voor de jongsten onder ons. Maar liefst 51 procent van alle meldingen gaat uit van slachtoffers die nog studeren. Het grootste deel daarvan, 34 procent, is nog minderjarig. Een aandeel dat overigens jaar na jaar stijgt. Is dit een zorgwekkende trend? “Absoluut”, beaamt Liesbet Stevens. “Daar schrokken we ook van. Bij minderjarigen is de impact van seksueel geweld nog groter, dus hier moeten we expliciet aandacht aan besteden.”
Waaraan die stijging te wijten is, is moeilijker te verklaren. “We hopen dat het is omdat die jongeren de weg gevonden hebben naar de zorgcentra”, zegt Stevens nog. “Maar we kunnen niet uitsluiten dat er vorig jaar, sinds de cafés en restaurants weer open zijn, meer seksueel overschrijdend gedrag plaatsvond tijdens het uitgangsleven.”
Dat zou ook de cijfers in studentensteden als Gent verklaren. In Gent verdubbelde het aantal meldingen van seksueel geweld in 2021 tijdens de maanden september en oktober in vergelijking met dezelfde maanden in 2019. Niet toevallig het begin van het academiejaar, toen er wel heel wat ‘knaldrang’ werd vastgesteld in uitgangsbuurten zoals de Overpoort.
“Het uitgangsleven gaat er inderdaad heftiger aan toe sinds corona”, bevestigt ook Wim Van de Voorde. “We merken meer seksueel grensoverschrijdend gedrag. Wellicht moeten we opnieuw leren hoe we ons tegenover elkaar moeten gedragen. Ook op feestjes.”
BRON: https://www.hln.be/binnenland/193-slachtoffers-per-maand-steeds-meer-verkrachtingen-gemeld-door-steeds-jongere-slachtoffers~ae93da66/
Veel van deze gebeuren in het uitgaansleven en dan nog vaak worden ze gedrogeerd. Zo spijtig dat een meisje een vrouw gewoon niet op een leuke manier kan uitgaan.
Aum Shanthi
Wie meer wil weten over abortus raadpleeg deze site
https://abortus.be/
Aum Shanti
Hier kan men ook geholpen worden en staan met heel wat instanties in verbinding maar ook met de sleutel;
http://www.housingfirstbelgium.be/paginas/zes-implementaties/antwerpen-kadans.html
Aum Shanti
KU Leuven test nieuwe therapievorm bij jongvolwassenen met zelfmoordgedachten: “We herstellen verbinding tussen ouder en kind”
KULeuven en UMC Amsterdam gaan een nieuwe therapievorm testen bij jongvolwassenen met zelfmoordgedachten. Het gaat om een vorm van gesprekstherapie, en nieuw daarbij is dat ze van bij het begin de ouders sterk gaan betrekken bij de behandeling van hun volwassen kind.Wie met vragen over zelfdoding zit, kan terecht op de Zelfmoordlijn op het gratis nummer 1813 of op zelfmoordlijn1813.be. Nood aan een gesprek? Dan kan u 24/7 terecht bij Tele-Onthaal op het nummer 106 of chatten via http://www.tele-onthaal.be. Jongeren kunnen terecht bij Awel op telefoonnummer 102 of via chat op awel.be.
Elke dag sterven drie Vlamingen door zelfdoding. Samen met Nederland is Vlaanderen zo bij de trieste koplopers van de suïcidecijfers. Bij jongeren tussen 18 en 25 jaar is het zelfs de belangrijkste doodsoorzaak.
Jongeren en volwassenen met zelfmoordgedachten krijgen nu meestal gesprekstherapie of antidepressiva, of een combinatie van beide. Die gesprekstherapie richt zich in de eerste plaats op de jongere zelf. Die leert welke stressfactoren een trigger zijn en hoe je daarmee om kan gaan. Helaas zijn patiënten hier niet altijd voldoende mee geholpen.
De KU Leuven en UMC Amsterdam zullen nu in het onderzoeksproject ALIVE een nieuwe gesprekstherapie testen bij 138 jongeren: ABFT (attachment based family therapy). Daar staat niet langer enkel de jongvolwassene centraal, maar ook de band met de ouder of het gezin: een aanbeveling van de Wereldgezondheidsorganisatie. In de Verenigde Staten leidde de therapie al tot goede resultaten.
Verbinding beschermt
“Als mensen suïcidaal worden is dat vaak omdat ze blootgesteld worden aan heel veel stressfactoren, die ze niet meer goed de baas kunnen alleen”, vertelt klinisch psycholoog Guy Bosmans, één van de onderzoekers (KU Leuven). “Mensen die erin slagen om dan hulp en ondersteuning te zoeken, zijn dan wat beschermd tegen die stress”. En net daarop werkt de nieuwe therapie.
Bij kinderen is het normaal dat de ouders betrokken worden in de therapie, terwijl dat bij volwassenen niet gebeurt. “Maar jongvolwassenen, jonge twintigers, zijn nog volop in ontwikkeling naar volwassenheid”, zegt Bosmans. “Dat maakt het erg lastig om hulp te vragen, want je zou dat zogezegd zelf moeten kunnen, je bent volwassen”.
“Ik heb u nodig”
De jongvolwassenen willen vaak hun ouders beschermen of hebben het gevoel dat ze niet bij hen terecht kunnen.
En dat is helemaal geen teken van een slechte thuissituatie of moeilijke opvoeding, benadrukt Bosmans. “Meestal is dat niet het gevolg van “slechte” ouders, maar door de manier waarop je met elkaar communiceert. Ouders voelen zich machteloos omdat ze jarenlang goed voor hun kind proberen zorgen en dat niet lijkt te lukken”.
Tegelijk raakt het kind ervan overtuigd dat de ouders er niet zullen staan. “Vervreemding en boosheid komt dus vaak van het verlangen om op de ander te kunnen rekenen. Het gevoel “ik heb u nodig”.”
In de nieuwe therapie stellen de onderzoekers in een eerste gesprek na een crisis al voor om de ouders te betrekken in de therapie. “We hebben gemerkt dat bijna alle jongeren aan wie we dat voorstellen, akkoord gaan.” Daarna hebben ouder en jongvolwassene apart gesprekken om te ontdekken waar de vertrouwensbreuk vandaan komt. “Zo herstellen we de verbinding tussen ouder en kind”.
Het onderzoek gebeurt in België in zeven centra voor mentale gezondheid die je kan vinden op https://iamalive.info/
BRON: https://www.msn.com/nl-be/nieuws/other/ku-leuven-test-nieuwe-therapievorm-bij-jongvolwassenen-met-zelfmoordgedachten-we-herstellen-verbinding-tussen-ouder-en-kind/ar-AA141FxS?cvid=53d24065fcac4953b351f1694a454fb6
4 op de 5 vrouwen doen géén aangifte: wat kan je doen als je partner gewelddadig is?
Tweeëntwintig. Zo veel vrouwen zijn dit jaar door een agressieve partner om het leven gebracht. Ondertussen stijgen de meldingen van partnergeweld bij hulplijn 1712 met 85 (!) procent en treft het ook koppels waarvan je het nooit vermoedt. Wat kan je doen als je partner je fysiek, emotioneel, seksueel of economisch pijnigt? Drie experten geven tips om jezelf uit zo’n situatie te redden.
Maar liefst één op de zeven vrouwen wordt het slachtoffer van partnergeweld. Bij 22 vrouwen liep het dit jaar dodelijk af. Minstens, want officiële statistieken van femicide worden niet bijgehouden. “Ongeveer om de twee weken zijn er pogingen tot doodslag of moord door (ex-)partners”, vertelt criminologe Anne Groenen (UCLL en KU Leuven). “Als we kijken naar het aantal slachtoffers dat zelfmoord pleegt door partnergeweld, ligt dat cijfer nog een pak hoger.”
Ook hulplijn 1712, voor vragen over geweld, misbruik en kindermishandeling, levert verontrustende cijfers. Vorig jaar kreeg de dienst 2.011 oproepen binnen over partnergeweld. Dat is 85 procent meer dan twee jaar geleden, zegt Charlotte Brouwers, expert intrafamiliaal geweld bij Centrum Algemeen Welzijnswerk (CAW). “Een mogelijke verklaring is dat er, onder andere in de media, vaker over het thema gesproken wordt. Dat zet mensen aan om na te denken over hun eigen situatie.”
Wanneer spreken we over femicide en partnergeweld?
Femicide wijst op het vermoorden van vrouwen, omdat ze vrouw zijn. Partnergeweld is de meest voorkomende vorm van familiaal geweld en omvat veel meer dan alleen fysieke mishandeling. Brouwers: “Partnergeweld is ook emotioneel geweld, seksueel geweld en economisch geweld. Bij dat laatste ontneemt je partner je bijvoorbeeld de kans om je eigen inkomsten te genereren of ontneemt die je het geld dat je bezit. Partnergeweld kan ook wederzijds zijn.”
Groenen voegt daar nog aan toe dat fysiek en psychologisch geweld ongeveer even vaak voorkomen. “Maar bij fysiek geweld zijn er uiterlijke kwetsuren, wat vaker leidt tot een aangifte”, legt de criminologe uit. “In ieder geval: hoe langer het geweld aanhoudt, hoe groter het risico dat er meer vormen voorkomen en dat het geweld ernstiger wordt.”
Vaak gaan mensen ervan uit dat partnergeweld vooral voorkomt in de ‘eerder marginale milieus’. Maar dat klopt niet, zegt Groenen. “Het komt in alle lagen van de bevolking voor. Dat zien we zowel in grote onderzoeken als bij de mensen die aangifte doen bij de politie.”
“Ik heb wel lange tijd de indruk gehad dat het minder zichtbaar was bij gezinnen met een bepaalde sociaal-demografische achtergrond.” Mogelijk durven mensen uit de hoogste lagen minder snel naar buiten te komen, bijvoorbeeld omdat ze ook riskeren om financiële zekerheid te verliezen. “Maar minder zichtbaar betekent niet dat het niet aanwezig is.”
Slachtoffers zwijgen nog heel vaak, en daar zijn verschillende redenen voor
De drempel om hulp te zoeken is reuzegroot. De experts schatten dat vier op de vijf vrouwen géén aangifte doen. De redenen zijn legio, meent Wim Van de Voorde, coördinator bij 1712. Hij somt ze op.
Tegenstrijdige gevoelens
“Bij partnergeweld gaat het zelden over zwart-witsituaties. Hoewel er geweld plaatsvindt in een relatie kan er tegelijk nog liefde zijn. En (wederzijdse) afhankelijkheid: je hebt samen iets opgebouwd, een huis gekocht, kinderen grootgebracht, … Dat verklaart waarom mensen die geconfronteerd worden met partnergeweld nog tegenstrijdige gevoelens ervaren.”
Mensen zijn bang of bezorgd
“Mensen zijn vaak bezorgd om de gevolgen. Wat als ik de stap zet naar politie of hulpverlening? Wat gebeurt er dan met mijn gezin? Daarnaast is er de angst dat je niet geloofd wordt of dat er nog meer geweld zal plaatsvinden.”
Mensen voelen zich schuldig of beschaamd
“Veel slachtoffers van partnergeweld voelen zich beschaamd. ‘Ik heb gefaald als partner of als ouder’, denken ze. Bij 1712 merken we ook dat veel slachtoffers verlangen naar het normale en zekerheid. Ze zijn dus erg gesteld op hun privacy en hebben géén zin om hun verhaal, dat zo complex en pijnlijk is, te delen met de buitenwereld.”
Ze voelen zich geen slachtoffer/pleger
“Slachtoffers verzoenen zich niet altijd met het idee dat ze een slachtoffer zijn. Ze ondergaan geweld, maar identificeren zich niet als slachtoffer. Dat gebeurt vooral bij mannelijke slachtoffers, maar ook bij vrouwen. Hetzelfde zien we bij plegers. Ze herkennen niet dat ze geweld hebben gepleegd. Dat merk je ook aan het taalgebruik. ‘Ik ben mijn geduld verloren.’ ‘Mijn stoppen zijn doorgeslagen en ik was buiten mezelf.’”
Ze denken dat het geweld niet ernstig genoeg is
“Veel mensen associëren partnergeweld met blauwe plekken, slagen en verwondingen of seksueel geweld, terwijl het vele vormen kan aannemen. Veel oproepen die we binnenkrijgen bij 1712 gaan bijvoorbeeld ook over psychisch geweld: de partner beledigen, kleineren, vernederen, pesten, negeren, …”
Hulpverlening is complex
“Er is nog onvoldoende kennis over het aanbod hulpverlening. De kans dat je geweld meemaakt, is groot – hetzij als slachtoffer, pleger of omstaander. Desondanks kennen veel mensen de hulplijn 1712 niet. De complexiteit van de werking van justitie en politie helpt de zaak niet vooruit. Veel mensen weten gewoonweg niet wat er gebeurt als ze een klacht neerleggen.”
Er is onvoldoende vertrouwen
“Soms is er ook onvoldoende vertrouwen in de werking van politie of justitie.”
Verschillen tussen genders
“Vrouwelijke slachtoffers en omstaanders zetten makkelijker de stap naar hulpverlening dan mannen. Het lijkt voor vrouwen dus iets makkelijker om zo’n beladen thema ter sprake te brengen.”
Als slachtoffers van partnergeweld hulp zoeken, duurt het nog altijd veel te lang voor ze stappen durven te ondernemen. Brouwers: “Gemiddeld kaarten ze het geweld pas na 35 incidenten aan. Dat heeft niet alleen te maken met de schaamte die veel slachtoffers voelen, bij partnergeweld spreken we vaak over ‘de cyclus van geweld’.”
“Eerst stijgt de spanning, waarbij het slachtoffer de risicosituatie zo veel mogelijk probeert te ontlopen”, verduidelijkt Brouwers. “Vervolgens is er sprake van agressie. Het slachtoffer vraagt vaak enkel kort daarna om hulp, want na de schok volgt meestal een ontkenning van de feiten. De pleger van partnergeweld doet er alles aan om de relatie weer veilig te stellen, en het slachtoffer snoert zichzelf de mond en hoopt vurig op verbetering.”
Welke stappen kan je ondernemen?
Ben je het slachtoffer van partnergeweld, dan raadt Van de Voorde aan om aan te kloppen bij het Centrum Algemeen Welzijnswerk (CAW). “Deze centra vind je in elke centrumstad en in de grotere gemeentes. Het CAW beheert vluchthuizen, begeleidt koppels die te maken hebben met geweld, biedt slachtofferhulp, geeft psychosociale, juridische en praktische ondersteuning.”
“Is de drempel te hoog? Dan kan je gratis bellen of chatten met de hulplijn 1712, waar je anoniem je verhaal kunt delen. Jouw oproep naar 1712 verschijnt trouwens niet op de telefoonrekening.”
Wanneer iemand zich onveilig voelt of acuut gevaar dreigt, kan je bellen naar het noodnummer 112, zegt Groenen. “En dan is er nog het Family Justice Center, een organisatie die waardevolle projecten in het leven heeft geroepen om het geweld te doen keren. Daarnaast bieden ze handvaten om op andere manieren om te gaan met geweldsituaties.”
Heb je het gevoel dat je vastzit in een situatie zonder uitzicht? “Wees dan alsjeblieft niet bang”, zegt Groenen, “en zoek een vertrouwenspersoon. Vaak is er iemand in je buurt, zoals een vriend, familielid of de huisdokter, die een luisterend oor kan bieden.”
Hoe kunnen slachtoffers zich veilig voelen?
Veel slachtoffer geven aan dat ze bang zijn dat het geweld escaleert, nadat ze een melding hebben gemaakt. Daarom wordt soms al een veiligheidsplan in detail uitgewerkt. “We moeten eerst een onderscheid maken tussen twee verschillende vormen van partnergeweld. In 20 procent van de gevallen is er sprake van intieme terreur, waarbij er één pleger is die geweld gebruikt als instrument om de partner te controleren. Maar in de meeste gevallen is de situatie niet zo zwart-wit. Bij de overige 80 procent is er sprake van wederkerig geweld of situationeel geweld als gevolg van stress, spanningen of het onvermogen om op een constructieve manier te communiceren.”
“Bij intieme terreur is veiligheid een absolute prioriteit. Daar speelt de politie een belangrijke rol in door bijvoorbeeld een huisverbod op te leggen. Dan moet de dader het huis verlaten. Via het CAW kan je ook terecht in vluchthuizen op geheime locaties”, legt Van de Voorde uit. “Als het gaat over wederkerig of situationeel geweld, kunnen professionals nog werken met de partners, als ze elkaar graag zien en samen verder willen.”
Als het gaat over het garanderen van veiligheid, is er een belangrijke rol weggelegd voor omstaanders, benadrukt Van de Voorde nog. “Als het gaat over partnergeweld en familiedrama’s, denken we altijd dat het gaat om iets dat ver van ons bed is. Maar niets is minder waar. Eén op de tien mannen en één op de zeven vrouwen heeft een vorm van partnergeweld meegemaakt. Dat wil zeggen dat het gaat over koppels in je familie, vriendenkring of in je buurt.”
Tips voor omstaanders
“Bij een vermoeden van familiegeweld zijn drie zaken belangrijk. Eén: toon je bezorgdheid en laat weten dat je er bent. Twee: luister. Probeer niet te oordelen. Zaken zeggen zoals ‘Waarom ga je niet weg?’ of ‘Waarom laat je dat toe?’ kan contraproductief zijn en ervoor zorgen dat het slachtoffer weer in zijn of haar schulp kruipt. Drie: moedig professionele hulp aan.”
“Het gebeurt ook vaak dat omstaanders naar de politie bellen, denk maar aan geweld dat zich afspeelt bij de buren. Dan kan een interventie plaatsvinden. Voor crisisinterventies en acute noodsituaties bel je het best naar het noodnummer 112. Om zorgen te uiten bel je beter naar het algemeen nummer van de politiezone of, nog laagdrempeliger, de hulplijn 1712. Bij het vermoeden van partnergeweld is het de plicht van omstaanders om aan de alarmbel te trekken. Je hoeft niet bang te zijn dat je hiermee de zaken zult verergeren.”
BRON: https://www.hln.be/nina/4-op-de-5-vrouwen-doen-geen-aangifte-wat-kan-je-doen-als-je-partner-gewelddadig-is~ae6d7f52/
De maatschappij brengt dit probleem met zich mee. De dader weet het allemaal niet meer en gaat zijn frustratie op de partner doen. Maar wat we ook niet mogen vergeten zijn er ook mannen die slachtoffer zijn. Het is minder maar het gebeurd.
Men spreekt van aangifte maar vaak durft het slachtoffer geen officiële aanklacht neerleggen. Omdat ze denken het is hun partner en dan kan men dat toch niet doen. Slagen tot moord dat nu de laatste tijd te horen is. Is niet te tolereren. Maar velen vergeten ook dat in een gezin ook verkrachting met geweld voorkomt.
Mocht je een slachtoffer zijn breng toch bepaalde mensen op de hoogte en leg zeker een officiële klacht neer bij de politie.
Aum Shanti
Voor deze die een psycholoog zoeken kan dit de eerst stap zijn om een juiste te vinden.
https://www.vind-een-psycholoog.be/
Aum Shanti
Opletten op datingapps: 1712 en UCLL waarschuwen dat 1 op de 3 gebruikers in gevaarlijke situatie belandt
Een groeiend aantal Belgen gebruikt datingapps. En een groeiend aantal Belgen wordt via die apps slachtoffer van misbruik of geweld, melden hulplijn 1712 en onderzoekers van de UCLL. Maar liefst 1 op de 3 zou al geweld ervaren hebben via een datingapp, al gebeurt het waarschijnlijk nog vaker in de realiteit. “Dit gaat over het topje van de ijsberg.”
Hulplijn 1712 kreeg dit jaar minstens vijftig oproepen over geweld waarbij een datingapp een rol speelde in het contact tussen pleger en slachtoffer. De oproepen gaan onder andere over wraakporno, date rape, sextortion of seksuele afpersing, en grooming (een band met een jong persoon opbouwen zodat je die (seksueel) kan misbruiken, red.).
“Dit gaat over het topje van de ijsberg”, zegt Wim Van de Voorde, Vlaams coördinator van hulplijn 1712, “want niet elk slachtoffer of elke omstander geeft duidelijk aan dat de datingapp het geweld mee veroorzaakte. Vaak vanuit gevoelens van schuld, schaamte en angst voor een afkeurende omgeving. Denk aan iemand die afsprak via Grindr, maar nog niet uit de kast is, of iemand die een onenightstand thuis uitnodigde.”
Wie van slechte wil is, kan via een datingapp makkelijk een slachtoffer strikken
En niet alleen bij ons is geweld via datingapps een probleem. Uit recent Australisch onderzoek blijkt dat bijna drie op de vier gebruikers van een online datingapp of website de afgelopen vijf jaar online geweld meemaakten en een op de drie gebruikers maakte lichamelijk (seksueel) geweld mee. De moord op David Polfliet, de zaak-‘Eveline’ en de Belgische ‘Tinder Swindler’ zijn enkele bekende voorbeelden van bij ons.
Datingapps creëren nieuwe mogelijkheden voor mensen die online of offline geweld willen plegen. “Je kunt gemakkelijk een vals profiel aanmaken, zonder sociale controle iemands vertrouwen winnen en in alle anonimiteit afspreken. In bijna alle oproepen naar 1712 hoorden we dat de pleger eerst het vertrouwen van het slachtoffer won, al dan niet met zo’n vals profiel”, aldus Van de Voorde.
Wat loopt er allemaal fout op datingapps? Nou, best veel
Er is duidelijk véél ruimte voor verbetering. Hulplijn 1712 en UCLL onderzochten vijf populaire datingapps aan de hand van een aantal criteria. Dat bevestigde meteen hoe makkelijk het is om een vals profiel aan te maken. De apps zijn ook niet transparant in hoe ze met persoonsgegevens omgaan. “Eerder onderzoek toonde al dat de apps persoonsgegevens onvoldoende beschermen. Jammer, zeker in tijden waarin we een stijging zien van digitale stalking”, zegt Anne Groenen, verantwoordelijke van het UCLL expertisecentrum Resilient People.
De onderzoekers checkten ook wat datingapps doen om geweld op te sporen. “De meeste apps hebben richtlijnen over wat kan en niet kan en zetten algoritmes en artificiële intelligentie in om vormen van geweld te weren”, zegt Groenen. “Bij Bumble ontvang je soms bijvoorbeeld een waarschuwing als je een naaktfoto toegestuurd krijgt.”
Ook de aanpak van geweld op de app namen ze onder de loep. Op alle apps, behalve op Happn, kan je geweld rapporteren. Het is echter meestal onduidelijk welke stappen de app daarna onderneemt. Ook de voorwaarden om iets te rapporteren zijn soms onduidelijk, noch welke stappen een slachtoffer kan zetten wanneer een pleger zijn of haar account heeft verwijderd of wanneer het slachtoffer wordt geblokkeerd.
Ze bekeken ook de sensibilisering en dienstverlening aan slachtoffers door de datingapps. De meesten vermelden niet de beste hulpverlening waar slachtoffers terechtkunnen. Wanneer er hulplijnen of initiatieven vermeld worden, zijn dat vaak Amerikaanse initiatieven. Tips rond veilig online daten communiceren de meeste apps wel, maar vaak niet in het Nederlands of niet aangepast aan de Europese of Belgische context.
“Europa zou kwaliteitsstandaarden en minimumvoorwaarden kunnen opleggen aan alle datingapps actief op onze markt”, zegt Wim Van de Voorde. “We hebben wel Europese regelgeving over kinderzitjes, voedingsetiketten en cosmetica, maar voor datingapps bestaat nog niks.” Veel gebruikers zijn zich niet bewust van de risico’s en gevaren, besluit Anne Groenen. Zulke regelgeving zou alvast een stap in de goede richting zijn.
UCLL en 1712 verzamelden ook een aantal tips om veilig online te daten.
Veilig online daten
1. Geef enkel je contactgegevens als je het vertrouwt.
2. Rapporteer verdachte profielen of mensen die over je grens gaan.
3. Stuur nooit naaktbeelden waarop je je gezicht ziet.
Veilig Afspreken?
1. Videobel eerst.
2. Informeer iemand over je afspraak.
3. Spreek af in een publieke ruimte.
4. Bespreek grenzen en wensen.
Maak je (online) geweld mee?
1. Rapporteer het geweld dat je meemaakte via de app.
2. Zoek hulp.
3. Doe aangifte bij de politie.
BRON: https://www.hln.be/nina/opletten-op-datingapps-1712-en-ucll-waarschuwen-dat-1-op-de-3-gebruikers-in-gevaarlijke-situatie-belandt~ae7de772/
Een datingapp kan leuk zijn maar wees op je hoede als men gaat afspreken. Of dingen gaat vragen waar je niet achter staat. Mocht je toch zover komen om af te spreken. Verwittig zo en zo iemand spreek af waar heel veel volk is.
Weet ook sommigen maken een profiel aan maar zijn niet echt te persoon die je denkt dat hij/zij is.
1712 zal altijd naar je luisteren en vaak handvaten aanrijken om iets te ondernemen. Vergeet niet de dag van vandaag is geweld zoals huiselijk als elders niet meer weg te denken. Niet alleen op vrouwen maar ook op LGBT
Aum Shanti
Ook dit kan een belangrijke zijn als men hulp zoekt.
http://www.onlinepsyhulp.be
Aum Shanti